Hij werd maar liefst 3 uur achter elkaar getest, want er was wat mis. Een jonge vrouw onderwierp hem aan allerlei vragen en opdrachtjes, want hij had niet het statistisch gemiddelde wat betreft ontwikkeling in zijn leeftijdscategorie bereikt. Aan het einde (!) van de ochtend kwam dan eindelijk de cognitieve test en werden de laatste vinkjes in de vakjes gezet. Het oordeel werd meteen geveld en was verpletterend: geestelijk zwaar gehandicapt en fysiek was het ook niet best. Hij was toen net 3 jaar oud*.
Inmiddels is hij een stoere 5-jarige die het uitstekend doet. Hij kan al lezen en is ruim uitgerust met compassie en empathie. Dat laatste levert problemen op, op school. Tegenwoordig moet je blijkbaar schreeuwend rondrennen in de klas, een grote mond hebben, want dat duidt op kennis, en vooral zorgen dat je juf of meester alle noodzakelijke vinkjes kan zetten. Vinkjes die het statistisch gemiddelde moeten aantonen en iedere afwijking wordt onmiddellijk gepsychol-ogiseerd. En dit door mensen die daar niet in zijn geschoold maar er toch lustig op los diagnostiseren.
“Maar ik hou mijn hart vast voor de volgende generatie psychologen, die uitsluitend in het DSM-systeem is opgeleid en bij wie de diagnostiek meestal via de computer en checklists gebeurt (Verhaeghe)”.
Vaak hoor je iemand zeggen dat muziek zo belangrijk is in zijn of haar leven. Muziek brengt rust, ontspanning en ontroert. Muziek raakt het hart, raakt de emoties. Muziek geeft zin aan het bestaan. Toen deze jongen duidelijk emoties toonde bij muziek in de klas begreep zijn juf dit niet. Waarschijnlijk kan er geen vinkje worden gezet in een vakje.
* Dit is een waargebeurd verhaal, er is toestemming voor gebruik met uiteraard anonimiteit.
Graag wil ik het volgende artikel nog eens onder de aandacht brengen: